23-08 t/m 31-08: roadtrip Canada - Alaska - Reisverslag uit Mayo, Canada van tinekemike - WaarBenJij.nu 23-08 t/m 31-08: roadtrip Canada - Alaska - Reisverslag uit Mayo, Canada van tinekemike - WaarBenJij.nu

23-08 t/m 31-08: roadtrip Canada - Alaska

Door: Tineke en Mike

Blijf op de hoogte en volg

01 September 2010 | Canada, Mayo

VOORAF: ZIE WWW.TINEKEMIKE.NL VOOR FOTO'S EN FILMS!!!

McCARTHYROAD, TOP OF THE WORLD EN DE DEMPSTER

Dinsdag 24 augustus 2010
Valdez > McCarthey: 170 km
We gingen van de ene doodlopende weg naar de andere: de McCarthy Road. Deze weg was zeker de moeite waard! In het begin was het een geteerde weg met mooie uitzichten en later werd het een gravelweg (100 km) met nog mooiere plaatjes. Je had n.l. prachtig uitzicht op de bergen, de vlakten met meertjes en oude spoorbruggen. Bovendien was het weer helder en zonnig en er was heel weinig verkeer (misschien hebben we 10 tegenliggers gehad!!)
Onderweg stopten we bij de Country Store. Dit was een plaatselijke supermarkt en niet heel bijzonder. Alhoewel….je kon er ook huiden van dieren kopen….. Wij kochten een beker Hägen Dazs ijs met noten, chocola en koek om later op te eten. We bewaarden het in de koelbox. Een stukje verder op de weg zagen we een rode vos oversteken. Hij was behoorlijk schuw en rende de vrij kale heuvel op. Zo konden we hem eigenlijk nog beter volgen en bekijken.
Onze koffiestop hielden we in Chitina. Hier was een aardige parkeerplaats in het dorpje (een postkantoor, een drankwinkel en een banden-repareer-tent!) tegenover een meertje. Toen de koffie op was, kwam er een eland het bosje uit lopen, stak de weg over en ging drinken in het meertje. Daar gingen we dus achteraan en maakten een leuk filmpje!
Na dit dorp begon het gravel en gingen we verder langs de Copper River en de Chitina River. We reden ook ergens de weg af, de rivierbedding op. Hier waren vissers met een soort rad aan het vissen. Tussen 2 grote ronddraaiende wielen zaten 3 bakken die als een soort schepnet werkte. Zo schepten ze de zalm uit de rivier en maakten ze ter plekke schoon. Dit was leuk om te zien.
De gravelweg was gelegd op de oude spoorweg (van rond 1900) naar McCarthy en
Kennicott. Hier en daar zag je de bielzen én de rails er nog doorheen komen. Dit zou soms het gevoel van een wasbord moeten geven, wanneer je er overheen reed, maar dat hebben we (gelukkig) niet gevoeld. Met de auto kon je trouwens nog steeds niet tot deze dorpjes rijden. Je kwam bij de rivier (van de Russell Glacier) waar je over een loopbrug moest. Aan de overkant kon je dan met een shuttle weer verder.
Wij liepen naar Mc. Carthey (en terug), sliepen in het Kennicott River Hotel (voor de brug) en probeerden ’s nachts het Noorderlicht te zien, maar helaas…. We gingen om 1.00 en om 3.00 uur ons bed uit, maar we zagen niets. De plaatselijke bevolking had het de nacht ervoor wel gezien.

Woensdag 25 augustus 2010
McCarthey > Tok: 416 km
Voordat we met de auto de terugweg begonnen, gingen we eerst naar de oude kopermijnmolen met een gids. Ze noemden het molen, maar voor ons was het gewoon een groot gebouw (het leek nergens op onze molens). Hier kon je zien hoe ze vroeger het koper sorteerden (met veel koud!! water), in zakken deden en op de trein zetten naar Cordova en Tacooma (in de staat Washington). De mensen die hier gewerkt hebben, moeten echte “bikkels”geweest zijn. Het kan hier immers min 40 graden worden en warm water hadden ze ook niet echt (althans niet voor de arbeiders). Deze trip duurde ongeveer twee en een half uur en was zeker de moeite waard! Vanuit het gebouw hadden we weer prachtige uitzichten (o.a. over de gletsjer)….
Eén van de mensen uit de groep was het kleinkind van een werknemer. Haar opa had in de mijn gewerkt en haar oma had in het dorp gewoond. Het moet haar toch een bijzonder gevoel hebben gegeven om daar rond te lopen…..
Uit het verhaal van de gids bleek dat een paar families goed geld verdiende aan de mijnen – 250 miljoen! na aftrek van alle kosten – maar de 500 werknemers werkten zich (bijna) dood voor een hongerloontje!! Waar hebben we dat meer gehoord…..
Op de terugweg liepen we nog even bij het Visitor Center binnen. Hier hadden ze vooral oude blikjes, snoepjes en koper. We kochten pepermuntballen voor 5 dollarcent per stuk!
Op de terugweg zagen we weer een eland in het water. 2 Australiërs zagen hem ook, maar zij wilden liever beren zien…..Wij herkenden dat gevoel…..!!
Gelukkig kregen we ook dit keer geen lekke banden, wat natuurlijk makkelijk had gekund, wanneer je op gravel over oude spoorrails rijdt en er spoorspijkers kunnen liggen. Zo reden we richting Tok via Wrangell St. Elias National Park (groter dan NL). Dit was ook weer erg mooi en we zagen weer….een dikke regenboog. Helaas geen wildlife, maar wel mooie, voorzichtige herfstkleuren: rood, geel en oranje!
Natuurlijk leest Mike als hij de kans krijgt ook de kranten. Daaruit bleek dat je hier toch wel enig risico loopt: één iemand was opgegeten door een wolf; een ranger was weggespoeld met zijn auto door een wash-out (water spoelt heel stuk weg weg) en een paar mensen zijn gedood door een ongeluk met een klein vliegtuigje……. Oppassen dus maar!!

Donderdag 26 augustus 2010
Tok > Dawson City: 280 km
We sliepen in Tok in de Westmark Inn voor 89 dollar. Dit was een speciale aanbieding. Er zijn n.l. heel weinig toeristen in Tok doordat de Top of the World Highway is afgesloten (én de Cassiar én de weg naar Bella Coola én naar Pamberton. Allemaal wegen die in onze planning zaten!). Enige tijd geleden was de weg weggespoeld door de rivier en ze zijn nog steeds bezig met het herstellen. Je kunt er alleen maar overheen in konvooi en dan nog slechts 1 x in de 3 dagen. We gingen dan ook wat vroeger op pad, om op tijd bij Chicken te zijn. Vanaf hier moesten we achter een “pilot car” rijden over de Taylor Highway naar de Top of the World Highway. We dachten dat ze om 12.00 uur zouden vertrekken, maar dit werd 14.00 uur. We hadden dus tijd genoeg om het dorpje te bekijken. Wel hadden we de auto alvast in de rij gezet. We waren nu ongeveer nr. 7. Aan het einde van de weg moesten we de grens over (van Alaska naar Canada) en wie wist hoe lang de rij zou worden en hoe lang het anders zou gaan duren…..
Ook hier in Chicken stond een oude mijnmachine, waren er wat souvenirswinkeltjes en we kochten koffie met lekkere koek in Old Chicken. Toen we van het nieuwe naar het oude dorp liepen, stak er een eland over. Hij liep dwars door het dorpje, wat eigenlijk erg gevaarlijk was, want overal zag je jagers (met grote geweren). Ook hier ging het jachtseizoen beginnen!
Om 2 uur reden we dus in een lange rij over de “snelweg” richting Dawson City met voor en achter dikke stofwolken. De auto werd één grote stofbak: zowel van buiten als van binnen zit alles onder het fijne zand. Verder was er niet veel meer te zien dan wat schuif- en graafmachines. Bij de grens ging het snel (we reden immers aardig voorop) en even later zag Mike een zwarte beer op de helling! Andere jaren dat we hier waren, zagen we altijd rendieren, maar dit keer niet….
We werden getrakteerd op een hagelbui en zo kwamen we in Dawson City en gingen naar de B&B “5th Avenue” die Mike van te voren had geboekt. We wilden meteen naar de supermarkt, maar die was al dicht. Het was hier n.l. één uur later dan in Alaska.
Om de dag goed af te sluiten, hebben we bij de Griek gegeten….

Vrijdag 27 augustus 2010
Vandaag bleven we in Dawson City: een dorpje in Yukon aan de Yukonrivier (erg groot!!), waar de goudzoekers in de ‘goldrushtijd’ verbleven en waar ze de oorspronkelijke sfeer aardig hebben bewaard (oude houten gebouwen, onverharde wegen met boardwalks, casino met dansshows, enz.). We vinden dit een gezellig dorpje en zo hadden we tijd om aan de boeken te werken (drukproeven), rond te kijken én om uit te rusten. Morgen gaan we de Dempster Highway op….
Ook vandaag is het goed weer en de mensen hier vertellen ons dat het ook hier tot nu toe veel geregend heeft. Wij brengen ook overal zonneschijn……??........

Zaterdag 28 tot en met dinsdag 31 augustus 2010
Dawson City > Eagle Planes (350 km) > Inuvik: 737 km én retour
Zaterdag gingen we de Dempster Highway op!! De Dempster is een doodlopende weg van 737 kilometer en eindigt in Inuvik. Je kunt hem in 2 dagen heen en terug rijden (bij goed weer), maar de meeste mensen doen er 4 dagen over. Wij dus ook.
De weg is gemaakt van gravel (gemixt met zand en/of klei) en ligt op permafrost, een constant bevroren ondergrond dus. Om dit ijs bevroren te houden, hebben ze alleen de nodige bomen gekapt. De struiken, bloemen, wortels enz. liggen allemaal onder het gravel als een soort isolatie. Het gravel wat ze gebruiken, halen ze uit de directe omgeving (uit de dalen, heuvels, bergen, rivieren). Hierdoor zie je steeds wegdek van een andere kleur. Ook is het moeilijk (en duur) om het gravel te bewerken en dat maakt dan weer dat het vaak scherp is en lekke banden geeft, maar…..dat maakt juist het avontuur! Nog maar niet te spreken over regen (glijbaan), dikke mist en/of hagel en/of sneeuw.
De eerste en de derde nacht sliepen we in Eagle Plains. Dit hotel staat ongeveer op de helft van de route en bijna iedereen overnacht hier. Ook diegene die met een camper of vrachtwagen zijn, zetten hun wagen hier op de speciale RV-plaats.
Aan het einde in Inuvik zijn verschillende hotels en één bijna (althans voor Mike) niet te zien verkeerslicht. Wij sliepen in het Nova Inn Hotel. Dit was een prima plek en we hadden geluk met de prijs: speciale aanbieding vanaf 89,00 dollar met ontbijt!
Onderweg stopten we natuurlijk verschillende keren: tig keer voor foto’s/film, om het Tombstone Park Interpretive Centre (soort Visitor Center) te bekijken, om van het uitzicht te genieten en beesten te spotten. Dat laatste viel nog niet mee. De derde dag pas ontdekten we de (migrerende) caribou tussen de bergen en dalen. Dit waren er wel heel veel!! Eerder hadden we wel een groepje kraanvogels gezien. En de laatste dag een paar berggeiten en een marmot.
Verder moesten we 2x een grote rivier oversteken met een veerboot. Eén keer over de Peel River en één keer over de Mackenzie River. Dit kost niets en is wel een klein avontuur. De stroming is heel sterk en dus is het moeilijk voor de boot om aan te leggen en als hij eenmaal ligt is het voor automobilisten een kunst om droog op (of van) de pont te komen….zo verreden is de aanlegplek!!
Verder kom je over een stuk weg dat bij nood gebruikt wordt als vliegveld. Je mag hier dus absoluut niet stoppen of parkeren…..
Het uitzicht langs deze weg veranderde steeds: van wijds naar bekrompen, van grijs naar kleurrijk, van mistig naar zonnig, van hoog naar laag, van bergen naar dalen naar taiga, van droog naar nat, van 3 naar 17 graden, van jagers naar toeristen….maar wat de hele weg bleef, was het ontspannen gevoel. Er zat weinig verkeer op de weg en omdat er ook geen winkels, huizen, fabrieken enz. waren, gaf het een heel relaxt gevoel…..
De jagers hier zijn vaak Inuïten/Eskimo’s. Het gebied is van hun en ze mogen jagen waar en waarop ze willen om in hun onderhoud te voorzien, maar dan wel op de klassieke manier. We stopten bij een groepje jagers die net een eland hadden geslacht en hun buit trots aan ons toonden. In de achterbak van hun pickuptruck lag een verse kop met groot gewei. De kop keek ons met wijd opengesperde ogen emotieloos aan (alsof hij het ook allemaal niet meer wist). Tineke zat inmiddels weer in de auto……. Natuurlijk sprak Mike met ze over het in stand houden van de diersoorten (Caribou, Grizzly en Beluga) en over de manier van jagen (met auto, quad, geweer en verrekijker i.p.v. lopend met speer en pijl en boog….). Bij het vertrek nam hij vriendelijk afscheid met de woorden die hij hier in Amerika heeft geleerd: ”Good for you…!” (maar niet voor de caribou!).
Inmiddels zijn we dus begonnen aan onze terugweg: nog slechts 4 weken……

  • 02 September 2010 - 12:03

    Kees:

    Wat leuk om in dit soort Gohsttowns rond te lopen: ik heb die in Arizona en Utah ook gezien. En een Mustang uit '64 pst daar natuulijk helemaal bij... Was er geen rode?
    Geniet van de laatste 4 weken!
    Groetjes!

  • 04 September 2010 - 19:05

    Evelien:

    He familie,

    Alles oke zat net je verslag te lezen, tjonge wat is het daar mooi en weids, ik voelde me toen ik de foto's zag net in de prehistorie, alleen jammer van de weg dan maar ja, ik zag trouwens dat je inuit en eskimo in een zin hebt gezet. Eskimo is een scheldnaam het betekent "hij die rauwe vis eet" en wordt door de Inuit niet echt gewaardeerd volgens mij.
    Geniet van jullie verdere reis en tot snel.

    groetjes van Paul en evelien

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Actief sinds 17 Juli 2009
Verslag gelezen: 320
Totaal aantal bezoekers 125915

Voorgaande reizen:

17 Mei 2010 - 01 Oktober 2010

Canada > Australia > Canada > Alaska

07 Januari 2010 - 17 Februari 2010

Californië > Hawaii > Florida

10 Juli 2009 - 23 September 2009

VS, Canada, Polynesia en Cookeilanden

11 Juni 2011 - 30 November -0001

Roadtrip VS en Canada

Landen bezocht: