Week 3: mustang, wolven en aardbeien
Door: Tineke
03 Juli 2011 | Verenigde Staten, Billings
Zaterdag 25 juni 2011
Los Angeles > San Francisco (gevlogen)> Monterey (Californië): 200 km
Gereden over de 1 en 101
Vandaag begonnen we de reis die we bij Jan Doets geboekt hadden. In Los Angeles brachten we de Mustang GT terug en in San Francisco pakten we bij Hertz de volgende Mustang op, maar nu een convertible (‘open dak’). Eigenlijk waren er geen Mustangs convertible te huur in LA en San Francisco (tot onze stomme verbazing, gelet op voorgaande jaren. Maar Jan Doets had er voor ons toch een kunnen regelen, heel fijn!! Een grijze 6-cylinder.
De eerste stop voor koffie was in Santa Cruz. We konden hier dan meteen de pier bekijken. We vonden het richting de pier wel erg druk, maar dachten dat het door het weekend en het mooie weer kwam. We besloten de auto wat eerder te parkeren en verder te gaan lopen. Bij de pier zagen we waarom het zo druk was, er was een heuse “Woody show”. Dat dit oude auto’s zijn waar ook hout voor gebruikt is (voor de achter- of zijkanten ), heb ik vandaag geleerd. Het was erg gezellig en we zagen de mooiste en gekste auto’s.
We reden door naar Monterey en onderweg deden we boodschappen bij Safeway. Daar we nog geen goede boodschappentas hadden, verdeelden ze de spullen over wel 5 plastic tasjes. Ik liet ze maar begaan, want er waren nogal wat zware potten bij. We hadden nl. pasta, jam, boter, pindakaas enz. in de grootste maat gekocht. Zo kunnen we even vooruit dachten we. Maar…(u raadt het al) toen we met al die tasjes naar onze kamer liepen, was het toch te zwaar voor de tasjes en lag de jam plotseling op de grond en op mijn sandalen. Dus….nu hadden we diner zonder jam.
’s Avonds gingen we nog even naar het centrum, naar Cannery Row. Vroeger werden hier de sardientjes ingeblikt. Nu kun je er allerlei oude huisjes zien die omgebouwd zijn tot winkeltjes, eettentjes, enz. Je kunt ook achter de hotels en restaurants langs de oceaan lopen. Dat deden we natuurlijk ook en we zagen daar verschillende zeeotters rondzwemmen. We sliepen deze nacht in hotel Abrego (kleine stinkende kamer met te klein bed).
Zondag 26 juni 2011
Monterey > Eureka: 650 km (allemaal nog in Californië)
1 en 101
We moesten door San Francisco, maar gelukkig was het zondag. SF is een grote stad en dus altijd druk. We weten dat het door de week super druk kan zijn en daarom waren we blij met deze dag. Er waren in ieder geval zo goed als geen vrachtwagens en dat scheelt al heel wat. Ook blij waren we met het opendak van de Mustang, want je ziet niet alleen veel meer, je ruikt en hoort ook veel meer. Zoals bijv. vogels, gemaaid gras en de geur van de Eucalyptus bomen. Bij de Golden Gate dronken we onze koffie. Hier was deze dag net een sportevenement (triatlon denken we) en dus drukker dan normaal. Dit was niet vervelend, want mensen kijken is ook erg leuk…..
Hierna gingen we de Highway 1 weer op. Ze noemen het een snelweg, maar na de Golden Gate wordt hij zo smal, dat het meer op een landweg lijkt. Het viel op dat er vandaag erg veel racefietsers en motorrijders (in groepen) en oude auto’s op de weg waren. Maar het was dan ook zondag en schitterend weer. Ondertussen kon het dak weer open (op de snelweg deden we het dicht): we smeerden ons in met zonnebrand, fietshandschoentjes aan, lange mouwen naar beneden en genieten! Zo zagen we een grote groep vliegende wittte pelikanen gezien (gefilmd en gefotografeerd).
Tot Ford Bragg (zo’n 5 uur rijden) reden we over mooie wegen en grotendeels met nieuw asfalt. Boven Fort Bragg werd het uitzicht minder, want we reden tussen de bergen en slingerden door de bossen (ongeveer 50 km). Wel kwamen we heel veel oude motorfietsen tegen. Dat was ook weer heel bijzonder om te zien. Vooral veel Engelse merken (Triumph, Norton) en Honda’s. Verder reden we langs de dikke Redwoods (hele hoge en dikke bomen) die gewoon langs de 1 staan. Het is een vreemd gezicht dat die reuzen (tot bijna 100 meter hoog) zo dicht langs de snelweg staan. In het hotel (Best Western/Humboldt Bay Inn) gingen we nog even sporten en schreven geen verslag, maar kropen in ons bed. Het was ondertussen al rond 23.00 uur, erg laat voor ons.
Maandag 27 juni 2011
Eureka > Coos Bay (Californië > Oregon): 350 km
1 en 101
Vandaag maakten we minder kilometers, maar we waren toch zo’n 8 uur onderweg. Dat kwam door de zeer smalle, kronkelende wegen en de vele stops die we maakten om bijv. naar elks (hele grote herten) te kijken. We zagen zelfs een kudde met wel 8 jonkies. Die kleintjes lijken echt net jonge herten. Ze hebben dezelfde bouw en vaak ook witte vlekken op hun lijf.
Ondertussen ontdekten we ook een nadeel van het open dak, want wanneer er een (vers) dood dier langs de weg ligt, val je bijna van je stoel van de stank…
Verder reden we over de Drury Scenic Parkway en ook hier stonden veel grote, dikke bomen langs de weg. Verder maakten we nog even een wandelingetje van 1 km naar een van de grootste bomen en toen we uit Californië Oregon inreden moest de kap weer dicht. Het begon nl. te regenen (en uiteindelijk niet zo zuinig ook). Dit was deze vakantie de eerste regen .
We vonden ons hotel, Red Lion, rond 5 uur en konden nog even naar de “gym”. Na het eten werkten we aan de boeken en het verslag. Nu zijn we weer helemaal bij!
Dinsdag 28 juni 2011
Coos Bay > Bend (Oregon): 450 km
1, 38, 138, 97, Cascade Lakes Scenic Byway
We begonnen vandaag met het laatste stukje langs de kust tot Reedsport en toen het binnenland in, richting het oosten (belangrijk moment, want ruim 5000 km oostwaarts te gaan…) door de bergen en langs de Umpqua River (over de 38). Het zag er fris en groen (in alle tinten!) uit. Dat kwam waarschijnlijk door de regen van de afgelopen nacht en door de tijd van het jaar. Het is hier immers nog een beetje voorjaar. Af en toe stond er zo’n typisch Amerikaans houten huis tussen de bergen. Je woont dan wel erg afgelegen en alleen.
Bij een van die huizen stond een oud benzinestation met 2 pompen. Dat verwacht je natuurlijk helemaal niet. Verder bloeide er ontzettend veel gele brem en dat maakte alles weer heel fleurig. De 38 was een toeristische weg die grotendeels opnieuw geteerd was en dus erg “gladjes” reed. Je kon dan ook met gemak zo”n 80 km per uur rijden. Bovendien was er weinig verkeer.
We namen de afslag naar Crater Lake. We waren daar twee jaar geleden al geweest (in het najaar), maar we wilden het graag nog een keer zien, want heel mooi. Helaas ging de pret niet door. Toen we langs de ‘toegangspoort’ van dit National Park waren, bleek al gauw dat er nog meters sneeuw langs de weg lag. Bovendien werd de mist steeds dikker. We keerden maar om, want met al die mist kon je het Kratermeer in het geheel niet zien (want slechts een paar meter zicht).
Tot slot van deze dag maakten we nog een omweg over de Cascade Lakes Scenic Byway. Ook dit was een mooie en rustige weg, maar duurde ietsje te lang. De omgeving bleef hetzelfde en je zag maar heel af en toe een stukje van een meer. Wel zagen we veel bordjes langs de weg met de aanwijzing hoe je bij een camping kon komen. Ze hadden hier beter de staatnaam mee kunnen maken!
Na het inboeken in de Shilo Inn in Bend gingen we nog even naar de Safeway én naar de Wal-Mart. Bij de laatste kochten we weer aardbeien (voor de zoveelste keer) en stoeltjes voor 10 dollar. Nu hoeven we niet meer naar (natte) bankjes te zoeken. De vakantie kan nu echt beginnen!
Woensdag 29 juni 2011
Bend > Boise (Oregon > Idaho): 550 km
97, 126, 26, 84
De dag begon goed: de wekelijkse actualiteiten weer in de boeken verwerkt, het weer was zonnig, we keken uit op oude vulkaanbergen met sneeuw en een goed humeur, maar….na ongeveer 3 kwartier rijden, bleek dat we verkeerd gingen (en we waren al zo laat vertrokken). Dat was minder! We reden op de 20 i.p.v. op de 97. Hierdoor reden we wel een heel stuk binnendoor om weer de goede kant op te kunnen gaan en zagen we hoe de mensen hier leven. Erg afgezonderd/alleen en met veel koeien.
Op een parkeerplaats langs de 97 kwamen we met een mevrouw in gesprek. Deze gesprekjes gaan meestal over waarheen gereisd wordt en over het weer. Ook deze keer en deze vrouw zei over het weer: “Het lijkt of er op 1 juli een gordijn wordt opengetrokken en dan gaat de zon schijnen”. Nou, we wachten het af – nog 2 dagen te gaan….
Verder reden we door het Ochoco Park. Helaas was er geen choco-lade te vinden. Na Prineville zagen we weer witte pelikanen en andere leuke vogels en zo kwamen we via de Journey True Time Byway bij John Day. Die laatste is geen persoon, maar een plaatsnaam. We kwamen vandaag dus aardig wat grappige namen tegen.
Later op de dag hadden we eerst een enkel regenbuitje, maar later echt onweer, of ‘thunderstorm’zoals dat hier heet. Het donderde op een gegeven moment zo hard en kort na de flits, dat het leek of het net naast de auto insloeg! We moesten dan ook rustig rijden, want je kon geen hand voor ogen zien door de hoeveelheid water die naar beneden kwam.
Toen het weer droog was en het zicht terugkeerde, bleek de omgeving nog steeds erg mooi: bergen, bos, boerderijtjes, maar geen wild. Zo kwamen we door de Blue Mountains en (voor de oudere onder ons) door Ironside. Het laatste was heuvelachtig en er staken steeds weer grondeekhoorns over (en ja…weer een ge(k)raakt!).
’s Avonds waren we in Boise en sliepen weer in een Best Western. Nu ‘lekker’ een uur eerder, want we hadden Mountain Time (klok 1 uur vooruit)!
Donderdag 30 juni 2011
Boise > Grand Teton National Park/Moran (Idaho > Wyoming): 550 km
84, 20, 26, 31
Zoals je misschien nog weet zijn we onderweg naar Oost-Canada en daartoe rijden we van de west-kust van de VS door ondermeer de staten Oregon, Idaho, Wyoming en Montana naar het oosten. Veel tijd onderweg hebben we niet want ook wij kennen beperkingen in de vakantieduur…..
En zoals ook al eerder gezegd: we verheugden ons weer op Idaho, enz. vanwege het te verwachten wildlife. Vandaag was het zover: door Idaho naar Wyoming. De verwachtingen waren hoog gespannen. Allereerst hadden we vanwege de tijd er voor gekozen niet de 21 te rijden (de toeristische route door de Sawtooth Mountains), die hadden we ook al 3x gedaan. Nu reden we over de 20 en die stelde bepaald niet teleur. De 21 (Sawtooth Mountains) gaat ook echt door de bergen en het weer was niet optimaal voor de uitzichten (bewolkt). De 20 gaat deels door bergen maar met name door valleien (boerderijen, veelteelt, akkerbouw).
Onderweg grote vogels (kraaiachtigen) die aangevallen werden door kleine vogels. Soms wel 5 tegen 1. De eerste kraanvogels gezien (hele grote vogel, als een ooievaar, maar dan veel groter en bruim/rood). Ook helaas een grote frontale aanrijding. Blijven opletten dus. En eindelijk weer een hert gezien, stilliggend op de vluchtstrook. En even later ook een jong vosje die zijn beste tijd gehad had en ook maar was gaan liggen. We reden door Hill City: 10 huizen ongeveer…
Later op de route grote kuddes levende herten (antilopen). Maar ook een grote kudde zwarte koeien die door cowboys te paard de weg over gedreven werden. Ook hier (dus) veel koeien, maar in tegenstelling tot Fresno (midden Californië) leven ze hier vrij en blij: ruimte te over, een schitterend uitzicht en de geur van vers gemaaid gras (i.p.v. de stank rond Fresno). Wat wil je nog meer als koei… (we gaan toch weer vlees eten).
Vervolgens Crater of the Moon National Park bekeken: lava die destijds door scheuren uit de grond omhoog kwam (anders dan door een vulkaan). Niet het mooiste National Park wat we gezien hebben. Plots ook twee antilopen die de weg overstaken: redelijk goed kunnen filmen en fotograferen (schuwe beesten, bedreigd in hun voortbestaan). En toen de Teton Scenic Byway op. Erg mooi. Veel herten en roofvogels: een osprey mooi kunnen filmen en fotograferen. Ook marmotten en Elks. Vlakbij onze lodge (de Signal Mounatin Lodge) in Teton National Park knipperborden met daarop het bericht dat er langzaam gereden moest worden vanwege beren met jonkies op de weg. Niets gezien. Snel gegeten in de Lodge (zelf gemaakte maaltijd) om vervolgens weer rond te gaan rijden. En dat loonde!! Een grizzly met twee 1e jaars jonkies. Op redelijke afstand (net enigszins te filmen en fotograferen). En vervolgens twee wolven (ja, wolven) die probeerden één v/d cubs te grazen te nemen. Op te grote afstand voor goede foto’s/film maar je kunt het op het beeldmateriaal wel degelijk herkennen. 1 zwarte en 1 grijze wolf, zelfs de aansnellende rangers waren verbaasd. We hebben een uur staan kijken. En zagen ook nog een kudde elks, kraanvogels en een miljoen musquito’s (en dat allemaal in hetzelfde ‘weiland’). Het was overigens vlakbij onze lodge, waar ze ons ook al hadden gewaarschuwd ‘extreme bear aware’ te zijn….. Na zonsondergang terug naar ons huisje in de lodge. Inmiddels 21.30 en stevig vermoeid na deze lange indrukwekkende dag naar bed. Na eerst nog dit verslag (snel) geschreven te hebben. Van dit soort dagen kunnen we geen genoeg krijgen. We weten dat er nog heel wat komen. Vooral ook in de derde reis die we maken (ná Oost-Canada): West-Canada en Alaska (toetje als laatste uiteraard).
Vrijdag 1 juli 2011
Teton National Park > Yellowstone National Park
250 km
Vanuit onze Lodge in het Teton National Park reden we nog een keer het rondje door het park, maar nu eerst de weg “onder langs” en later weer de doorgaande weg richting Yellowstone (Yellowstone is bijna zo groot als Nederland). Hier zagen we verschillende grote groepen antilopes. Het viel verder op dat het hier veel rustiger was dan in Yosemite. Alleen wanneer er beesten gespot waren, ontstond er een beetje drukte, maar je reed nooit in een file.
Bij een Lodge verderop langs de weg hadden ze een “kijkuurtje” met enkele roofvogels waaronder een uil. De dieren zaten vast met een kort touw aan een bloempot. Dat was op zich wel zielig, maar je kon ze zo wel goed bekijken en foto’s/video maken.
Zo kwamen we van het ene park in het andere park en reden op de Old Faithfull Parkway. Deze bracht ons bij de grootste geiser in het park: de Old Faithfull. Hier kun je wel een dag doorbrengen, want er zijn natuurlijk nog veel meer geisers en borrelende “plots”, maar wij gingen verder (we hadden e.e.a. in het verleden al eens met de kinderen bekeken). Mike wist nl. dat er 2 valleien waren waar je wolven kon spotten. En dat was precies de reden dat we op onze rit naar Oost-Canada toch door Yellowstone reden.
Rond half 5 waren we op een plek (Hayden Valley) waar veel mensen stonden met grote kijkers. Het bleek dat hier vaak de wolven uit de bossen kwamen om met hun welpen te spelen. Ze hadden daar nl. een nest. Wij maar wachten en wachten…. Rond 6 uur was er opeens beweging, maar het was heel ver weg. Met de verrekijker kon je net iets zien lopen.
Op een gegeven moment verdwenen er 3 wolven in het bos. Wij besloten om verder te gaan (in de richting waar de wolven naar toe gingen), want op deze plek viel echt niets (goed) te fotograferen (te grote afstand). Op een volgende kijkplek zagen we niets, maar Mike werd zenuwachtig en we gingen verder.
En dat was ons geluk. Een mevrouw (die ons herkende van de vorige kijkplekken) wenkte al van ver. De wolven zwommen de Yellowstoneriver over richting (ongeveer) de parkeerplek!! Mike sprong uit de auto met zijn camera en kon ze nog net zwemmend filmen (pm: de wolven zwommen, Mike stond aan de kant). De wolven klommen uit het water, schudden zich uit en liepen door een ‘weiland’, staken vervolgens de weg over (waar we net op gereden hadden), kennelijk om op jacht te gaan naar een elk. Een van de eerstejaars wolven was achtergebleven en hoorden we roepen. Deze is waarschijnlijk weer terug gegaan naar het nest. Op een veilige afstand volgden we nog even de andere 3 wolven. Ze gingen n.l. achter een elk aan, maar op een gegeven ogenblik waren ze gewoon weg en de elk leefde nog! De elk was het water in gegaan. Dat was voor hem waarschijnlijk de enige kans om ze af te schudden. We waren ongelooflijk blij dat we dit mochten meemaken (en grotendeels goed filmen, helaas stond de fotocamera op de verkeerde stand: foutje van Mike….)!! Zie de site voor film en foto’s van de film.
Heel tevreden reden we verder richting de volgende slaapplaats. Het was ondertussen tegen zonsondergang (8 uur) en waarschijnlijk daardoor zagen we nog vele bisons en elks. Én nog 5 zwarte beren waarvan 1 een moeder met 2 hele kleine jonkies. Bij die laatste bleven we natuurlijk nog even staan kijken en zo zagen we ook dat de kleintjes in de boom klommen (gefilmd en gefotografeerd)! Tot slot (zo’n 5 minuten voor de Lodge) zagen we een hele kudde elks van de berg afkomen. Ze liepen in een lange rij met de allerkleinste (jonkies) achteraan! Toen ze beneden waren (stofwolk), leek het of ze blij waren dat er water was en ze konden drinken….
Het was een lange dag – van half 9 tot half 9 – en het verslag is wat lang, maar we hebben deze dag ook zoveel meegemaakt! Hopelijk morgen weer. In ieder geval is de doelstelling van rijden door Yellowstone gehaald: wolven gezien en gefilmd.
Zaterdag 2 juli 2011
Nog een nacht in Yellowstone (Mammoth Hot Springs Hotel)
We hoefden niet heel vroeg op pad om wolven te zoeken, want die hadden we al gezien. Daarom sliepen we uit, werkte de film bij, liepen een rondje door het dorp, belden naar huis, enz. Er waren best al veel mensen op de been. De meesten waren aan het “winkelen” (in de kadowinkeltjes) of waren net als wij wat aan het rondkijken.
Rond één uur gingen we weer met de auto op pad. Vlak bij het hotel waren de Hot Springs en daar kon je ook met de auto langs rijden. Af en toe kon je een stukje op een boardwalk lopen. Dit was wel de luie variant want je kon ook vanaf het hotel lopen! Wij gunden ons hier geen tijd voor, want we wilden liever beesten zoeken en kijken of er nog nieuws was bij de wolvenplek. Op de rit naar die plek zagen we in de verte een grizzly met 2 (al iets grotere) jonkies. En bij de wolvenplek….helaas niets bijzonders. Alleen weer heel erg in de verte 1 zwarte wolf.
We hadden al gegeten in het restaurant bij de Canyon Lodge en rond 19.30 gingen we weer richting hotel. Er was opeens een file en 3 politieauto’s haalden deze rij auto’s (met tudeluut) in. Wij, nieuwsgierig wat er aan de hand was, hadden het fototoestel en de camera alweer in de aanslag en ik stond op de voorstoel, zodat ik door het open dak verslag kon doen. We zagen de politieauto’s midden op de weg staan met zwaailichten en open deuren. Daarna hoorden we verschillende schoten. Eerst redelijk zacht, maar daarna flinke “kanonschoten”. Ondertussen waren we op de kruising waar dit alles gebeurde en Mike riep naar de agent, die zijn pistool nog aan het opruimen was, wat er aan de hand was. De man wilde het wel vertellen (ze waren een wolf aan het verjagen, die te dicht bij de mensen was gekomen), maar eerst riep hij naar mij (onderwijl zijn broek ophijsend): “Zitten en je riem om! Dat is de wet!!” Volgens ons stond de man stijf van de adrenaline….
Na dit spektakel reden we rustig verder (met riem om) naar het hotel. Op dit laatste stuk vonden we nog een beer in het riet, die gezellig aan het spelen was in het water. Hij plukte steeds rietstengels en at de wortels hiervan. Dat was erg leuk om te zien. En toen we rond 21.00 uur eindelijk bij ons dorp kwamen, liep daar een hele dikke buffel bij ons huisje! Met begeleiders, maar of die hem konden sturen, was de vraag…..
Zondag 3 juli 2011
Yellowstone > Billings (Wyoming > Montana): 500 km
212 (Beartoothpas), 78 en 90
Toen we de spullen naar de auto wilden brengen, liep er weer een bison. Nu net om de hoek bij ons huisje en zonder begeleiders. Waarschijnlijk had nog niemand het gemeld. Je moest hier dus echt goed uitkijken, want ook bisons kunnen gevaarlijk zijn. Je ziet regelmatig borden met de waarschuwing uit de buurt van deze beesten te blijven. Ze zien er wel sloom en aardig uit, maar ondertussen…..
Zo gingen we door de Lamar Valley op weg naar Billings in Montana. Hier moesten ook wolven zitten, maar we konden ze niet vinden. Wel zagen we duizenden bisons bij elkaar liggen en hier tussendoor scharrelde een coyote, die soms weggejaagd werd door een grote bison. In de kudde liepen ook verschillende jonge buffeltjes en daar had hij vast wel trek in.
Op een van de parkeerplekken stond opeens een camper met een Nederlands kenteken. Daar wilden we natuurlijk meer van weten en we stopten. Het waren een man en vrouw die hun eigen camper hadden verscheept en er nu 6 maanden mee rond gingen rijden (het kan dus altijd nog gekker…).
Het was ook vandaag weer schitterend weer en daarom reden we ook de Beartooth Pass (212). Dit is echt een van de mooiste passen die we kennen. Het uitzicht is geweldig en hij is zo hoog dat je tussen metershoge sneeuwbermen door rijdt en langs half bevroren meren. Je moet daarom wel van te voren bekijken of hij open is en of het helder genoeg is. Als het mistig of regenachtig is, zie je niet veel en zal het eerder saai zijn.
Zo kwamen we in de staat Montana en in Red Lodge, een dorpje onderweg, kochten we voor Mike een t-shirt en voor mij een zonnebril in de Harleyshop! Hier zag Mike kaartjes liggen met de mooiste wegen in de buurt en daardoor besloten we om toch de 78 te rijden. Dit is een toeristische weg door heuvellandschap. Je zag dan ook erg veel glooiend groen met hier en daar een hert en mooie boerderijen met koeien!
Verder keken we nog bij een barbequefeest/straatfeest in Absarokee, kochten een ijsje bij Mc Donald (1 dollar) en gingen langs de supermarkt, waar we weer lekkere bolletjes en aardbeien kochten.
Rond 17.00 arriveerden we bij het Best Western Hotel in Billings en hadden we tijd genoeg om de verslagen, de foto’s, de film en de boeken bij te werken. We waren ook bijtijds 'binnen', want zware onweersbuien en zware wind (alsof je in een slechte western zit....).
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley